Hantavirus

Het hantavirus is een virus waar je ziek van kan worden. Muizen en ratten kunnen dit virus bij zich dragen. Zij worden niet ziek van het virus, maar mensen wel. Dit komt in Nederland trouwens niet vaak voor.

Hoe krijg je het?

De kans dat je hantavirus krijgt, is erg klein. Het virus kan bij muizen en ratten in de urine of ontlasting zitten. Als dit opdroogt, kan het virus in stof terechtkomen. Als je dat stof inademt, raak je besmet. Je kan ook besmet raken als je gebeten wordt door een besmet knaagdier. Het hantavirus kun je niet krijgen van een ander persoon, zoals een verkoudheid of griep.

Wat merk je?

De klachten bij het hantavirus kunnen zijn:

• spierpijn
• hoofdpijn
• koorts
• misselijk
• gevoel alsof je griep krijgt.

Soms kan iemand zieker worden. De nieren werken dan tijdelijk niet meer goed.

Klachten kunnen ontstaan tussen de 2 tot 3 weken na besmetting.

Wat kun je doen?

• Je kunt besmetting voorkomen door contact te vermijden met knaagdieren, hun nesten, urine en ontlasting.
• Zorg dat er geen etensresten in huis zijn die ongedierte lokken.
• Ventileer ruimtes goed tijdens het schoonmaken van plekken waar mogelijk muizen- of rattenholen kunnen zitten.

Vaak gaan de klachten vanzelf over. Dit kan wel een paar weken duren. Soms is een opname in het ziekenhuis nodig.

Mag je werken of naar school?

Heb je klachten, maar voel je je goed genoeg?
Dan mag je gewoon naar het werk, school of kindercentrum.

Mensen kunnen elkaar niet besmetten met hantavirus.

Waar vind je meer informatie?

• Vragen en antwoorden hantavirus | RIVM
• Voor professionals: Hantavirusinfectie | LCI-richtlijnen | RIVM

Heb je nog vragen?

Neem contact op met de afdeling Infectieziektebestrijding via 050 367 4000.